Delen?
Lezende leerkrachten geven beter (lees)onderwijs
Over leesplezier, leesbevordering en leesvaardigheid
Leeshaters en booklovers
Dumon Tak staat niet alleen met haar visie op lezende leerkrachten. Naomi Smits, leerkracht en schrijver van het boek Wie niet leest is gek, heeft ook een uitgesproken mening over dit onderwerp: “Wat doe je in hemelsnaam voor de klas als je niet van lezen houdt? Lezen is het allerbelangrijkste vak op school. Het hoeft echt niet je grootste hobby te worden, maar het hoort bij je werk.” Wenckje Jongstra, onderzoeker, lector en lid van de Kennistafel Effectief Leesonderwijs, valt haar bij: “Hoe kun je een leerling adviseren welk boek bij hem past, als je zelf geen jeugdliteratuur leest?”
Kinderboekenschrijfster en kinderboekenambassadeur Manon Sikkel dient de soep iets minder heet op: “Het is niet zo dat een leerkracht die niet van lezen houdt, geen goede leerkracht is. Daar kan ik heel boos om worden. Leesplezier is overschat. Ervoor zorgen dat er kinderboeken zijn, is een taak van volwassenen maar niet per se van een leerkracht. Een goede leerkracht ziet wat kinderen nodig hebben en heeft oog voor de individuele behoeften. Het is belangrijk dat je middelen en mensen hebt die kunnen helpen.”
Volgens Sikkel is de school als geheel ervoor verantwoordelijk dat er wordt (voor)gelezen. Ze pleit voor een leescoördinator op elke school. Iemand die zorgt voor nieuwe boeken, de Kinderboekenweek organiseert, opa’s en oma’s regelt die voorlezen en in de gaten houdt of alle kinderen in aanraking komen met boeken.
Verplicht lezen dan maar?
Het is duidelijk. Niet iedereen heeft plezier in lezen. Ook kinderen niet. In tegenstelling tot wat je uit de vorige paragraaf zou kunnen meekrijgen, vindt Sikkel leesplezier wel degelijk heel belangrijk. Maar, zo zegt ze, “tot een kind begrijpend kan lezen, is het niet leuk. Het is net als met eten. Als mijn kinderen iets niet hebben geproefd, mogen ze van mij niet zeggen dat ze het niet lusten. Ze moeten het proberen.” Het is de reden dat Sikkel voorstander is van verplicht lezen. Met zachte dwang, uiteraard. En vanuit de gedachte dat er geen plezier in lezen is als kinderen geen leeskilometers maken.
Misschien, denken wij, geldt dit ook voor leerkrachten. Misschien moeten zij het ook gewoon doen totdat het leuk wordt. Of als het echt niet anders kan, uit verantwoordelijkheid. Want, om maar even terug te vallen in het door Dumon Tak geschetste scenario: als er op een dag een leerling aan je tafeltje staat met een vraag over een personage uit een boek of met het verzoek of je een spannend of grappig boek kunt aanraden, dan kom je niet weg met een verwijzing naar de leescoördinator. Maar niet getreurd, er zijn manieren om van je collega’s en van jou lezende leerkrachten te maken. Lees vooral even door (no pun intended).
Leesplezier en leesbevordering
We durven nog een stap verder te gaan en de rolmodel-kaart te spelen. Want dat ben je, als leerkracht. Ook op dit vlak. Lezende leerkrachten brengen leesplezier over op hun leerlingen. Uit onderzoek blijkt zelfs dat leerkrachten die zelf lezen, meer tijd en aandacht besteden aan leesbevorderende activiteiten in de groep. Meer dan hun niet- of weinig-lezende collega’s. Ze laten hun leerlingen vaker vrij lezen, bespreken vaker boeken in de klas, delen vaker inzichten uit hun eigen leeservaringen en raden hun leerlingen vaker boeken aan.
Dat laatste, boeken aanraden die passen bij de interesse en het niveau van leerlingen, is een belangrijke vorm van leesbevordering. Onderzoekster Wenckje Jongstra zegt daarover: “Als je kennis van kinderboeken niet veel verder gaat dan ‘Kruistocht in spijkerbroek’, hoe kun je een leerling dan adviseren welk boek bij hem past?” Zij raadt scholen aan om te zorgen voor een grote variatie van recente boeken voor alle leeftijden. Het maakt zowel leerkrachten als leerlingen enthousiaster over lezen. Of zoals een leerkracht tegen Jongstra zei: “In sommige verhalen herkende ik een leerling, die heb ik dat boek gelijk aangeraden.”
Leesvaardigheid
Ouders staan op de eerste plaats als het gaat om het doorgeven van leesplezier aan hun kinderen. Maar vrij snel daarna komen leerkrachten. Door zelf te lezen, voor te lezen, over boeken te praten en veel boeken binnen handbereik te hebben, draag je jouw leesplezier over op je leerlingen. En dat is belangrijk, want leesmotivatie is van grote invloed op de leesvaardigheid: hoe groter het leesplezier, hoe meer leerlingen lezen en hoe beter de leesvaardigheid.
Uit meerdere onderzoeken blijkt dat leerkrachten door voorlezen het leesplezier en daarmee de leesvaardigheid van leerlingen significant stimuleren. En dat geldt niet alleen voor jonge kinderen. Ook in groep 8 en zelfs in het VO helpt voorlezen leerlingen om kennis te maken met verschillende genres en het bepalen van de eigen boekensmaak.
Vrij lezen is ook een effectieve manier om het leesplezier en de leesvaardigheid van leerlingen te vergroten. Om die reden zou het structureel op het rooster moeten staan. Overigens bedoelen we met vrij lezen niet dat je dit proces helemaal vrij en dus los moet laten. Uit onderzoek blijkt dat bepaalde toevoegingen aan het vrij lezen, denk aan het maken van een voorselectie van boeken op basis van het leesniveau van leerlingen of het bieden van hulp en instructie bij de boekenkeuze, het effect op het leesplezier en de leesvaardigheid vergroot. Vooral leerlingen met een taalachterstand zijn hierbij gebaat.
Effectief leesonderwijs
Lezen is de allerbelangrijkste vaardigheid die kinderen zich eigen maken op de basisschool. Theo Thijssen zei het al: “De school is een instelling waar men leert lezen en nog een paar dingetjes”. Dus mocht het nog niet duidelijk zijn: het is niet voldoende om een flaptekst van een boek te lezen en te denken dat je weet waar het boek over gaat. En nee, je kunt de leesbegeleiding niet (helemaal) uitbesteden aan de leescoördinator of de schoolbibliothecaris. Sterker nog, eigenlijk ben je als leerkracht de hele dag door een leesbevorderaar.
Doe als Jongstra zegt en lees bijvoorbeeld één recent verschenen boek per 2 maanden. Na 5 jaar heb je een repertoire van 30 boeken om over te vertellen, aan te raden of leerlingen voor te enthousiasmeren. Praat over de boeken die je leest met je collega’s, bijvoorbeeld in zogenaamde literatuurcirkels. Jongstra: “Het sociale aspect stimuleert dat leerkrachten gaan lezen, maar het geeft ook meer plezier. Want door erover te praten, ontdek je veel meer over het verhaal. Er ontstaan ideeën, zoals hoe het verhaal te verbinden aan de kerndoelen.”
Tot slot: hoeveel invloed je als leerkracht ook hebt op het leesplezier en daarmee op de leesvaardigheid van leerlingen, ouders hebben dit ook. Misschien nog wel meer. Daarom ontwikkelden we een gratis cheat sheet met 6 van de allerleukste manieren waarop je ouders betrekt bij de leesontwikkeling van jouw leerlingen. Zeker even downloaden, nadat je dit artikel gelezen hebt.
Alle tips op een rij:
- Laat leerlingen (en leerkrachten) leeskilometers maken. Accepteer dat lezen in het begin misschien niet leuk is en zet door. Gebruik tip 2 om lezen in deze fase leuk(er) te maken.
- Zorg voor een grote variatie van recente boeken voor alle leeftijden. Dat maakt lezen leuk(er).
- Lees voor. Niet alleen in de onderbouw, maar ook in de bovenbouw. Het ontspant, stimuleert de taalvaardigheid en het laat leerlingen kennismaken met verschillende genres.
- Zet vrij lezen structureel op het lesrooster. Maak een voorselectie van de boeken op basis van het leesniveau van je leerlingen, bied hulp en instructie bij de boekenkeuze.
- Download de handige infographic van Stichting Lezen met tips voor het vergroten van het leesplezier en de leesvaardigheid van je leerlingen.

Geschreven door:
Cora de Raaf
De beste tips voor meer ouderbetrokkenheid bij lezen altijd bij de hand?
Download de gratis cheat sheet!

